Mijn cappuccino op het terras vertelt me dat het oké is, om onder werktijd te genieten van de zon op mijn gezicht. Dat het oké is om stil te staan bij de melodische klanken, die het carillon tussen de panden aan het plein doet galmen. Om te kijken naar de spelende kinderen bij de fontein en met gesloten ogen te luisteren naar het geroezemoes op de markt. Flarden van gesprekken opvangend, er mijn eigen verhaal van makend.
Het is oké is om het allemaal te laten gebeuren, het te laten binnenkomen, het mij te laten raken, precies daar waar het pijn doet. Want mijn ideaal leven, dat gaat niet zomaar. Het gaat met vallen en opstaan, met builen en blauwe plekken. Het komt niet vanzelf. Het komt met diepe inzichten, in hoe het niet moet, en met magische invallen over hoe het anders kan. Liefdevoller, moeitelozer, zachter.
De kuil waar ik nog wel eens in val is die van het streven. Dan handel ik vanuit een verlangen naar bevestiging en waardering. Dan laat ik me meevoeren op de stroom van presteren en geld verdienen. Dan denk ik geliefd te zijn, erbij te horen, bij de zogenaamde groten en wijzen. Wanneer deze kracht in mij domineert zie ik financiële onafhankelijkheid en economische zelfstandigheid aan voor vrijheid.
Mijn ideaal is: de balans tussen de mannelijke en vrouwelijke energie herstellen. Een natuurlijker ritme realiseren, voor mezelf, de ander, de wereld. “Ga d’r maar aanstaan”, roept mijn innerlijke criticus, die altijd voor me klaarstaat met een oordeel en commentaar geeft om me voor allerlei fouten te behoeden. “Kleine stapjes zetten”, fluistert mijn innerlijk kind dan, mijn onbevangen naïeveling, mijn moedige avonturier.
Om de strijdbijl in mezelf te begraven geef ik me over. Ik laat het werk los en laat me door mijn kamerplantjes verleiden om hen mijn liefde te geven. Ik laat me door mijn interieur en accessoires leiden om er een stilleven van te maken. Ik laat me door het boek op de koffietafel in mijn luie stoel trekken. Ik laat me door dat zonovergoten terras uitnodigen om te gaan zitten. Ik laat en krijg bevestigd dat het oké is.
De glimlach op mijn gezicht laat me weten dat het oké is. De haast die mijn lichaam verlaat, laat me voelen dat het oké is. Mijn blik die langzaam verandert laat me zien dat het oké is. De schoonheid die in het alledaagse tevoorschijn komt laat me ervaren dat het oké is. De inspiratie die me binnenvalt laat me blijken dat het oké is. Dat het oké is om te vertragen, te verzachten, te ont-moeten, voordat ik aan het schrijven van deze column begin.
Ik zeg je, dat het oké is.
Met heel mijn hart,
Nicolette